We hebben een orgaan !

 

Van zodra HET telefoontje van de transplantatiecoördinatoren binnenkomt, gaat alles in een stroomversnelling. Meestal krijg je de vraag om je zo snel als mogelijk naar het ziekenhuis te begeven. Maak daarom dat je voorbereid bent !

 

Maak dat je een valiesje met je persoonlijke spullen klaar hebt staan. De eerste dagen heb je weinig of niets nodig en alles kan later meegebracht worden, maar soms is het toch fijn om je eigen spullen, je eigen producten bij jou te hebben.

 

Maak vooraf ook een lijstje wie je op dit cruciale moment nog wil spreken of verwittigen. Bespreek ook vooraf met de arts wie met jou mee mag tot op de spoedafdeling of tot op de kamer.

 

Contacteer onmiddellijk jouw contactpersoon, de persoon die jou naar het ziekenhuis zal brengen en begeef je zo spoedig mogelijk op weg. Indien je er zelf niet kan geraken kan je dienst doen op urgent ziekenvervoer via 112. Indien je onderweg in een verkeersopstopping terecht komt en de tijd dringt, kan je eveneens een oproep doen via 112 om begeleid te worden tot aan het ziekenhuis. 

 

Van zodra je opgeroepen bent voor transplantatie, mag je niets meer eten of drinken.

Als er voldoende tijd is, is het raadzaam om nog snel een douche te nemen.

 

Neem zeker je identiteitskaart mee. Je GSM zal men opbergen op de kamer.

Neem verder geen waardevolle voorwerpen of geld mee naar het ziekenhuis.

Te verwijderen : sieraden, piercings, kunstgebit, contactlenzen, andere prothesen.

Spoed

Aangekomen in het ziekenhuis, begeef je je naar de spoedafdeling waar je je aanmeldt voor transplantatie.

Er zullen onmiddellijk nog enkele standaardonderzoeken gebeuren. Een Covid-test, plaatsing infuus en een bloedafname, een RX-thorax, ...

Naar je kamer

Eens die eerste testen gedaan zijn, word je begeleid naar je kamer.

Afhankelijk van de omstandigheden zal je daar heel kort tot wat langer blijven in afwachting van de operatie. De verpleegkundigen bereiden je voor op de operatie, houden je op de hoogte van het verdere verloop en van de verwachte timing.

Indien nodig volgt een scheerbeurt van borstkas tot bovenbenen.

 

Ondertussen is een team transplantatiechirurgen bezig met het wegnemen van het donororgaan. Dit is een apart team van het team dat het orgaan bij jou zal inplanten. Beide teams beoordelen het transplantorgaan los van elkaar en bekijken de geschiktheid en compatibiliteit van het orgaan. Pas als beide teams het orgaan als geschikt erkennen, dus ook soms pas als het orgaan ter plaatse aankomt, dan wordt er groen licht gegeven om de transplantatie te laten doorgaan. 

Dit brengt met zich mee dat in sommige gevallen jij als ontvanger voorbereid wordt, maar op het laatste moment de operatie toch niet kan doorgaan. Dit is een zeer stresserend moment en kan als zeer oneerlijk overkomen, maar de chirurgen nemen voor jouw eigen goed geen enkel risico. Het is belangrijk dat je dit begrijpt en aanvaardt want jouw veiligheid staat centraal.

Naar het OK

Als het orgaan goed wordt bevonden dan kan het transplantteam met je aan de slag.

De operatie zelf duurt lang, tussen 8 en 10 uur. Uiteraard is dat de tijd waar je zelf niets van af weet. 

Het ganse team van chirurgen, anesthesisten en verpleegkundigen werkt continu om de transplantatie zo vlot mogelijk te laten verlopen. +/- 4 uur voor de verwijdering van het zieke orgaan. +/- 4 uur voor het inplanten van het nieuwe orgaan.

Op Intensieve zorgen

Eens de operatie voorbij is, ga je naar de dienst Intensieve Zorgen. Op het moment dat je wakker wordt uit de verdoving, zijn rondom jou verschillende zorgverleners druk bezig en hoor je veel gepiep van alarmen op apparatuur. Dat is perfect normaal en betekent niet dat er iets mis zou zijn. Stilaan zie je meer klaar en voel je allerhande draden en sondes die al je vitale functies in het oog houden en ondersteunen. Soms ben je ook geïntubeerd wat maakt dat je dat je niet kan praten. Meestal is dit echter van korte duur.

Dikwijls val je nog opnieuw in slaap en het is mogelijk dat je je later niet herinnert dat er een kort bezoek geweest is.

Het IZ team verliest je geen seconde uit het oog.

Van zodra je als patiënt stabiel bent, zal je overgebracht worden naar een gewone afdeling. 

Terug naar je kamer

Op een kamer is het een pak minder druk maar toch zal de verpleging dikwijls komen kijken en controles uitvoeren om te zien of alles verder goed verloopt. 

Stilaan zal men je voedingspatroon herstellen en je aanleren hoe je zelf je levensnoodzakelijke medicatie kan klaar steken en innemen. Al snel zal je aangemoedigd worden om met hulp van de verpleegkundigen en de kinesist uit bed te komen en zelfs terug je eerste stappen te zetten. Forceer dit niet maar ga vooruit in kleine stapjes. 

Je vechtlust en positieve ingesteldheid zijn de beste garantie voor een vlot ontslag uit het ziekenhuis en thuis is het beste revalidatiecentrum, op voorwaarde dat je goed omringd bent. Spreek daarover met je arts.

Naar huis

Als alles zeer vlot verloopt, ben je al na 8 à 10 thuis maar soms duurt het ook wat langer. Het is geen wedstrijd ... Luister naar je arts en de verpleegkundigen die met hun ervaring je het beste advies kunnen geven.

Eens thuis zal je de eerste weken hulp nodig hebben. Bekijk ook hier best vooraf wie deze zorg op zich kan en wil nemen. Dit kan een partner, familie of vriend zijn, maar evengoed kan hier professionele zorg ingeschakeld worden. Indien je hierover vragen hebt kan je contact opnemen met de sociale dienst van het ziekenhuis, rechtstreeks of via de verpleegkundigen.

De eerste weken en maanden moet je dikwijls naar het UZ komen, eerst bij de chirurgen en later bij de leverspecialisten. Vlak na de transplantatie is dit twee maal per week, op dinsdag- en vrijdagochtend. Dit evolueert geleidelijk aan naar één maal per week, één maal per tien dagen, één maal per twee weken, ... naar uiteindelijk één maal per drie maand. Een constante opvolging op lange termijn is nodig voor controle van je waarden en medicatie.

Sowieso zal je in die eerste tijd thuis vragen hebben, dingen voelen, soms ongerust zijn ... Aarzel niet om je vragen te stellen aan de artsen of verpleegkundigen. Spaar je vragen op, schrijf ze op en maak een lijstje zodat je bij de consultatie niets vergeet. Bij ongerustheid kan je altijd terecht op de post-transplantatie-verpleegafdeling. De gegevens van de afdeling krijg je mee bij je ontslag uit het ziekenhuis.

 

HOU THUIS GOED BIJ WAT JE RESERVE IS AAN MEDICATIE

EN NOTEER VOOR WELKE MIDDELEN JE NIEUWE VOORSCHRIFTEN NODIG HEBT.